Welke wetten gelden voor het veilig transporteren en exporteren van risicovolle biologische agentia? En in hoeverre kunnen gerelateerde kennis en technologieën onder de Europese exportcontroleregelgeving vallen?

Bij het (extern) transport van hoogrisico materiaal is er vrijwel altijd een periode waarbij zender en ontvanger beiden het materiaal niet fysiek in handen hebben. Voor beveiliging en monitoring van het transport zijn daarom mogelijk extra maatregelen en procedures nodig in aanvulling op al geldende wetten en regels. Daarnaast zijn sommige materialen, kennis en technologieën vergunningplichtig indien ze op de exportcontrole lijst van de Europese dual-use verordening voorkomen. Op deze pagina staan nationale en internationale richtlijnen en regels voor het vervoeren en exporten van biologisch materiaal, handige documenten en good practices ten aan zien van transportbeveiliging en exportcontrole.

Transportwetgeving

In Nederland zijn de regels die gelden voor het vervoer van gevaarlijke stoffengevat in twee wetten: de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (WVGS) en de Wet luchtvaart. Verdere uitwerking is vermeld in het besluit vervoer gevaarlijke stoffen (BVGS) en het besluit vervoer gevaarlijke stoffen door de lucht. Technische voorschriften worden beschreven  in de aanvullende regelingen, zoals de regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen (VLG), regeling vervoer over de spoorwegen van gevaarlijke stoffen (VSG) en de regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen (VBG).

Internationale regelingen zijn in de Nederlandse wetten voor vervoer van gevaarlijke stoffen opgenomen, en daarmee van kracht binnen Nederland: 

  • Voor wegvervoer is dit de ADR (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route)
  • Voor spoorvervoer is dit de RID (Règlement concernant le transport international ferroviaire des marchandises dangereuses)
  •  Voor binnenvaart is dit de ADN (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par voies de Navigation intérieures)
  • Voor de zeevaart gelden verschillende internationale codes (oa. International Maritime Dangerous Goods Code, IMDG-code)
  • Voor de luchtvaart gelden documenten van de International Air Transport Associaten (IATA) en de International Civil Aviation Organization (ICAO).

Transport wet- en regelgeving is van toepassing op hoogrisico materiaal dat in de ADR is opgenomen als ‘infectueus materiaal gevarenklasse 6.1, 6.2 en 9’ (ADR). Let op dat voor het transporteren of importeren van Quarantaine organismen, of voor het importeren van dieren of dierlijke productenaanvullende regels gelden, en een ontheffing of importvergunning van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) nodig is.

Europese Exportcontrole ten aanzien van biologische materiaal

In aanvulling op transportwetgeving, kan voor het exporteren van biologisch materiaal naar landen buiten de Europese Unie een exportcontrolevergunning verplicht zijn. Dit is het geval indien het materiaal is opgenomen in de lijst ‘strategische goederen’ *4 van de Europese dual-use verordening. Op de lijst strategische goederen staan agentia die misbruikt kunnen worden en zodoende een ‘dual-use’ karakter hebben. In tegenstelling tot transportwetgeving, valt RNA/DNA coderend voor pathogeniteit ook onder exportcontrole, en kan export van kennis en technologieën gerelateerd aan strategische goederen ook vergunningplichtig zijn.

Exportcontrole ten aanzien van kennis en technologieën

De Europese dual-use verordening kan ook gelden voor het exporteren van kennis en technologieën over hoogrisico pathogenen die aangemerkt zijn als ‘strategische goederen’. Dit kan dus gevolgen hebben voor het onderzoek of voor het publiceren van het onderzoek. Het kan ook gevolgen hebben voor de communicatie over het onderzoek. Indien u twijfelt of onderzoek, kennis of technologieën exportvergunningplichtig zijn, kunt u contact opnemen met het ministerie van Buitenlandse Zaken
U kunt een proefaanvraag (sondage) voor kennis en technologieën aanvragen bij de Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU) zodat het proces zo soepel mogelijk verloopt bij het aanvragen van de definitieve vergunning.

Hiaat tussen zender en ontvanger

Bij het (extern) transporteren of exporteren van biologisch hoogrisico-materiaal is er vrijwel altijd een periode waarbij zender en ontvanger beiden het materiaal niet fysiek in handen hebben. Procedures voor documentatie, verpakken en classificatie van transport en export dragen bij aan een veilig proces rondom transport binnen de organisatie, en dragen bij aan het voldoen aan geldende wet- en regelgeving. Door de verantwoordelijkheden voor het hele proces rondom transport binnen de organisatie te beleggen, wordt bijgedragen aan het signaleren van afwijkende situaties en het voorkomen van biologische incidenten of security-incidenten die gevolgen hebben zowel binnen als buiten de organisatie. 

Transport over de weg mag alleen door gecertificeerde koeriers plaatsvinden die aan de ADR voldoen. De vervoerder heeft een beveiligingsplan wat door de organisatie ingezien kan worden. Met de vervoerder kunnen afspraken gemaakt worden ten aanzien van de veiligheid en beveiliging van transport.